Om deze vraag te beantwoorden, moeten we een diepere duik nemen in de cijfers van de technologiegigant uit Cupertino. In het laatste fiscale jaar van Apple heeft de businessunit Apple Services, met de App Store, Apple Pay, muziek- en videostreaming, iCloud en andere niet-hardware gerelateerde diensten, een indrukwekkende omzet van US$ 85,2 miljard gegenereerd. Het is opvallend dat Apple nu meer omzet haalt uit diensten dan uit welke andere productcategorie dan ook, behalve de iPhone. Prognoses wijzen erop dat tegen 2025 maar liefst 25% van de totale omzet van Apple uit het service-segment zal komen.
Maar waarom is dit zo belangrijk? De omzet uit diensten blijkt buitengewoon winstgevend te zijn voor Apple. Terwijl de verkoop van nieuwe hardware een brutomarge van 36,5% opleverde in 2023, genereerde de verkoop van diensten een brutomarge van maar liefst 70,8%. Dit betekent dat elke extra dollar aan dienstenomzet meer waarde heeft voor Apple dan een dollar aan extra omzet uit welk ander product dan ook dat het bedrijf verkoopt. In totaal brachten de diensten van Apple in 2023 meer dan US$ 62 miljard op, terwijl de verkoop van iPhones een brutomarge van US$ 90 miljard genereerde.
Momenteel zijn er wereldwijd ongeveer 1,5 miljard actieve Apple iPhone-gebruikers, waarvan ongeveer de helft een refurbished iPhone heeft. Maar voor het gebruik van services maakt het natuurlijk helemaal niet uit of een Apple iPhone gloednieuw of gebruikt is. Hoewel het ecosysteem door inmenging van de EU steeds minder gesloten lijkt te worden, behoudt Apple dankzij iOS nog steeds aanzienlijke controle, ook financieel, over haar gebruikers. Daarom is de wereldwijde secundaire smartphonemarkt zo winstgevend voor Apple.
